In Los Hoes schrijft Annie Makkink over taal, tekens en Tukkers, op alfabet. Deze keer de letter b. En dat betekent uiteraard Bornerbroek! Jan Jutte maakte de tekening
2. Boer Bart
Boer Bart zit in zijn bootje
Tjoeke, tjoeke, tjoek!
met beide benen buitenboord.
Hij gaat naar Bornerbroek.
Zijn boot is boordevol
met veertien beste biggen.
Ze staan daar in hun blootje
en willen niet gaan liggen.
De Bornerbroekers roepen
van bovenaf de brug:
Weg net die blote billen!
Geef ze een broek en vlug!
Acht-en- twintig billen!
Dat is toch geen gezicht!
We zijn hier niet in Borne!
Een broek is hier verplicht!
De biggen worden bang
Ze bibberen een beetje.
Hun buik begint te borrelen.
Van schrik knalt er een scheetje.
Er waait een frisse wind.
Het water spettert, spat.
De Bornerbroekers roepen:
Ik krieg de bokse nat!
Bart steekt zijn duim omhoog
en draait meteen het roer.
Hij zegt geen boe of bah,
maar laat een flinke boer.
Boer Bart vaart met zijn bootje.
Tjoeke, tjoeke, tjoek !
Naar Bentelo, Beckum, Boekelo.
Ver weg van Bornerbroek.