Nieuw elan in het buurthuis van Aadorp
AADORP/ALMELO - Aan burgemeester Gerritsen de eer afgelopen weekend dorpshuis annex gemeenschapscentrum 't Aahoes in Aadorp officieel te openen.
In een reactie op de vreugde die zich daarna meester maakte van de menigte ging wethouder Cornelissen als volleerd ober met dienbladen vol glazen champagne rond. Er werd getoost op een mooi toekomst in het Aadorpse dorpshuis.
Vanaf mei is een nieuw bestuur bezig geweest de boel 'op de rit' te krijgen na een aantal jaren van ruzie, onmin, escalatie en troebelen over het beheer, de activiteiten, het deurbeleid en de de financiën. Het ontaardde en uiteindelijk moest - na tal van onverkwikkelijkheden eneen aantal gerechtelijk procedures - de beheerder/uitbater Richard Quick weg. Er trad een nieuw bestuur aan, fris en fruitig, en ook vol goede moed. En tevens een nieuwe uitbater/beheerder: Henk Grotenhuis is de naam van de nieuwe gastheer. Hij bestiert ook een Snackraam bij het gebouw De Sumpel van het ROC van Twente in het Windmolenbroek.
Volgens voorzitter Michael van Oostveen en secretaris Esther Hartgers-Bak van het bestuur van de Stichting Gemeenschapscentrum Aadorp tintelt de vernieuwing in het dorp, ontstaat er weer vertrouwen en bruisen er weer ideeën. En niet geheel onbelangrijk: de gezelligheid is terug. Die werd in het kanaaldorp zo lang zo node gemist.
Niet alleen het Aahoes heeft een metamorfose ondergaan, ook de gemeenschap bloeit op. Het hernieuwde elan is volgens de secretaris zichtbaar en voelbaar, en het vertaalde zich eveneens in een toevloed aan helpende handen. Bij de verbouwing en modernisering van het dorpshuis staken velen als vrijwilligers de handen uit de mouwen en bedrijven doneerden ruimhartig in munten en/of materialen. Eigenlijk is de dorpsgeest terug, zoals grondvester/vervener van het dorp voor ogen moet hebben bestaan toen hij zich begin vorige eeuw in dit woeste niemandsland tussen Almelo, Vriezenveen en Wierden vestigde, om akkers aan te leggen, huizen te bouwen en zelfs een stationnetje. Van een Aahoes had niemand in die dagen nog gehoord.